Artikel

Digitale vaardigheden: what’s in a name?

Auteur(s): 
Anusca Ferrari

Er bestaat geen eenduidige definitie over digitale vaardigheden. Ook binnen de academische wereld wordt er lustig over gedebatteerd. Sommigen spreken van digitale vaardigheden, anderen verwijzen naar e-skills. Sommigen verkiezen digitale geletterdheid, anderen pleiten voor computergeletterdheid. Sommigen zien digitale vaardigheden als onderdeel van mediageletterdheid, anderen beschouwen mediageletterdheid als onderdeel van digitale vaardigheden. Verschillende standpunten en de wildgroei aan nieuwe begrippen zorgen voor de nodige verwarring. Het theoretische aspect terzijde, ‘digitale vaardigheden’ verwijzen naar de mogelijkheid om op een zinvolle manier media en technologieën te gebruiken.

Zelfs als we deze definitie naar voren schuiven moeten we aannemen dat de gemediatiseerde samenleving voortdurend blijft evolueren. Dit impliceert ook veranderingen in de term ‘technologie’. Zo werd twintig jaar geleden technologie vaak gezien als een synoniem voor computers. Vandaag omarmt technologie ook media, mobiele telefoon, televisie, games, internet en video consoles. De term verwijst niet alleen naar verschillende nieuwe toestellen en tools, het impliceert bovendien ook nieuwe mogelijkheden. We doen dingen anders dan vroeger en we doen ook dingen die we vroeger niet deden. Dagelijkse taken online uitvoeren, zoals nieuws lezen of boodschappen doen, veronderstellen plots nieuwe taken en vaardigheden. Bijvoorbeeld: wanneer je online bananen koopt, controleer je best nog even of je wel degelijk 2 bananen in plaats van 2 kilo bananen bestelt. Je staat hier niet bij stil als je in de supermarkt de bananen uit het rek neemt, maar het wordt wel een nieuwe gewoonte nadat je een keer een foutieve bestelling online hebt geplaatst. Je kan ook stellen dat 20 jaar geleden niemand er ooit aan twijfelde of het al dan niet gepast is om je baas te ‘taggen’ in een kerstfoto die genomen is na middernacht. Deze voorbeelden wijzen vooral op de nood aan gezond verstand dan het in staat zijn om digitale media te gebruiken. Gezond verstand, bewustzijn en reflectie zijn de belangrijkste, maar ook de meest onderontwikkelde aspecten van digitale vaardigheden.

Om meer inzicht te krijgen in het concept ‘digitale vaardigheden’, moet men een aantal concepten zoals ‘geletterdheid’ en het concept ‘competentie’ in overweging nemen. Geletterdheid verwijst naar het vermogen om te lezen en te schrijven en wordt veelal geassocieerd met boeken en printmedia. Maar vandaag moet dit ook geassocieerd worden met digitale media. Mensen communiceren immers op vele manieren met elkaar en worden blootgesteld aan allerlei informatie die ze op een of andere manier moeten verwerken, zowel via print-, audiovisuele en digitale media. Hierdoor wordt het belang van coderen en decoderen van informatie benadrukt. (Coderen wil zeggen dat men een boodschap in een bepaalde vorm verpakt en decoderen betekent dat men een boodschap vertaalt en interpreteert.) Deze aspecten komen sterk aan bod bij digitale media en digitale informatie. Maar, zoals technologie niet alleen naar computers verwijst, gaat digitale geletterdheid niet alleen over codering of het ontcijferen van boodschappen. Alhoewel de term ‘geletterdheid’ tegenwoordig vaak gebruikt wordt als overkoepelende term, wijkt de betekenis van deze term af.

In tegenstelling tot het concept ‘geletterdheid’, bestaat het concept ‘competentie’ uit drie gerelateerde componenten, namelijk kennis, vaardigheden en attitudes. Deze drie leerdomeinen vormen het uitgangspunt van de psycholoog Benjamin Bloom. De focus op ‘competenties’ in plaats van op ‘geletterdheid’ brengt de discussie terug naar de basiselementen. Het benadrukt het feit dat enkel kennis hebben (weten hoe je iets moet doen) niet voldoende is. Een eenvoudig voorbeeld toont dit ook aan: ‘Kan je een tekst opmaken op een computer?’ Weet je dat je moet klikken op een bepaald pictogram om een bepaalde optie te selecteren uit een menu? Wellicht weet je hoe je deze opdracht moet uitvoeren op je eigen computer. Je weet op welk icoontje je moet klikken, hoe je een optie moet kiezen in een menu. Kortom, je weet goed welke weg te volgen om de taak uit te voeren. Maar stel dat je dezelfde opdracht moet uitvoeren op een andere computer of in een nieuwe versie van het programma? Dan wordt je wellicht geconfronteerd met een andere lay-out, andere menu’s en moet je een andere weg volgen. Je bent op dat moment even hulpeloos dan wanneer je deze taak nog nooit hebt uitgevoerd. Wanneer je je in zo’n situatie bevindt, heb je vooral nood aan je vermogen om te weten hoe een programma werkt, wat het kan en hoe je je weg kan vinden (of weten bij wie je terecht kunt, als je echt vast komt te zitten). Dit is wat de meeste pedagogen ‘soft skills’ noemen, of  simpelweg ‘attitude’.

Attitude vormt één van de drie basiscomponenten van een ‘competentie’, naast kennis en vaardigheden. Maar deze zijn in tegenstelling tot kennis en vaardigheden, niet eenvoudig te testen of te meten. Dit vormt een valkuil voor een onderwijssysteem gericht op meetbare prestaties. Toch kunnen ook attitudes gestimuleerd en ontwikkeld worden. Een attitude kan je zien als een gemoedstoestand of houding. Het is de motivatie die leidt naar goede prestaties. Attitude is de brandstof die iemand aanzet tot actie, zoals het lopen van een extra rondje of kritisch en bewust leren omgaan met media en technologie. In de psychologie wordt attitude opgevat als de ‘bereidwilligheid’. Een anonieme expert stelde dat “a digitally competent person is someone who would reach for technology as they would reach for a pencil”. Volgens deze stelling zou een digitaal vaardig iemand e-mails schrijven in plaats van brieven, een online agenda gebruiken in plaats van eentje op papier. Nochtans moet iemand die digitaal vaardig is niet altijd voor technologie kiezen. Het gaat erom dat je weet wat technologie voor jou kan betekenen en wat niet. En dat je weloverwogen keuzes kan maken wanneer je kiest voor een bepaalde toepassing, toestel of software of een voor een bepaald merk of dienst.

Het is belangrijk dat mensen, jong en oud, leren omgaan met media. Het is nodig om af te stappen van de traditie om mensen aan te leren hoe bepaalde software werkt (en dus te focussen op operationele vaardigheden) en veel meer te focussen op competenties, als combinatie van kennis, vaardigheden en attitude. Dit impliceert de noodzaak om kritisch en bewust om te gaan met technologie, de mogelijkheden en de risico's die technologieën bieden en up-to-date te blijven met de nieuwste ontwikkelingen.

Dit artikel is vertaald uit het Engels. Zie bijlage voor de originele versie.

Bijlagen

Lees meer over