Artikel

Privacy en jongeren - 3 tendenzen

Persoonlijk / interpersoonlijk privacymanagement

Persoonlijk privacy management peilt naar hoe de persoonlijke informatie zelf wordt gereguleerd. Jongeren lijken vooral voorzichtig te zijn in het accepteren van vrienschapsverzoeken. Andere persoonlijke privacystrategieën worden maar gemiddeld gebruikt; zoals het untaggen van foto’s die niet geschikt zijn; ervoor zorgen dat alle vrienden het profiel op sociale media kunnen zien; en het gebruik van privéberichten als er over gevoelige informatie wordt gepraat. Interpersoonlijk privacymanagement peilt naar hoe er samen met anderen persoonlijke informatie wordt gereguleerd. Jongeren geven voornamelijk aan dat ze geen informatie delen over anderen als die dat niet willen. Discussiëren over informatie en algemene afspraken maken over wat wel of niet gedeeld kan worden, gebeurt heel wat minder. Wel moeten we in het achterhoofd houden dat er heel wat ‘ongeschreven regels’ bestaan tussen jongeren over wat wel en niet gedeeld kan worden. Heel wat zaken zijn dus routine en impliciet. De lage scores op de expliciete regels (zoals algemene afspraken maken en discussiëren over informatie) moeten dus met een korreltje zout worden genomen.

Privacy defaitisme: een fatalistisch gevoel?

In een offline omgeving kan men simpelweg een deur sluiten of beginnen fluisteren wanneer er over gevoelige of private informatie wordt gepraat. In een online omgeving daarentegen blijft informatie makkelijker plakken en is het veelal moeilijk of onmogelijk om te weten wie onze boodschap heeft gezien. Recent onderzoek bestudeert daarom het gevoel dat je als individu zelf maar weinig controle kan uitoefenen – ook wel aangeduid met de term privacy defaitisme. Toch heerst er onder de Vlaamse jongeren geen fatalistisch gevoel. Slechts één vierde van de jongeren stelt dat je als individu maar weinig controle kan uitoefenen over je privacy. En we hopen dat de AVG dit gevoel alleen nog maar versterkt.

De privacy paradox herbekeken

Over de jaren heen werd een ‘privacy paradox’ vastgesteld, waarbij jongeren stellen dat ze bezorgd zijn over hun online privacy (attitude), maar toch heel wat informatie delen met vrienden (gedrag). Volgens deze manier van denken is het delen van persoonlijke informatie hetzelfde als het opgeven van de eigen privacy. Maar dit hoeft niet zo te zijn: je kan én informatie delen én je privacy bewaren. Als we kijken naar het Apenstaartjarenonderzoek merken we geen paradoxaal gedrag op bij jongeren. Zo bleek bijvoorbeeld dat jongeren die meer bezorgd zijn over hun privacy, meer privacystrategieën toepasten. Daarnaast zijn jongeren voorzichtiger bij het delen van gevoelige informatie (seksueel expliciete foto’s). Wanneer jongeren tot slot het gevoel hebben weinig controle te hebben over hun online privacy, worden er in hun vriendengroep ook meer algemene afspraken gemaakt over wat wel en niet gedeeld kan worden.

Dit artikel is gebaseerd op een interview met Dr. Ralf De Wolf, privacyonderzoeker imec-MICT-UGent.

Lees meer over online privacy in de Mediawegwijzer Privacy.

Lees meer over