Voeden nieuwsmedia terrorisme en radicalisering?
‘De media’ en ‘het nieuws’ worden vaak bekritiseerd voor het aanzwengelen van radicalisering en terrorisme. Over aanslagen en dader(s) wordt vaak uitvoerig bericht, wat terroristische organisaties een groot publiek voorschotelt. Brigitte Nacos ziet de nieuwsmedia dan ook als ‘zuurstoftoevoer’ voor terroristische organisaties. Volgens haar en anderen verhouden media en terrorisme zich symbiotisch tot elkaar, dus dat het bestaan van terroristische organisaties afhankelijk zou zijn van de verslaggeving over hen in de media.
Terreurgroepen maken inderdaad handig gebruik van media-aandacht. Speculatieve of onnauwkeurige berichtgeving speelt naar de hand van terroristen, zoals het geval was bij de schietpartij in de nachtclub in Orlando op twaalf juni 2016. IS kreeg dankzij de berichtgeving over het incident (als radicaal islamitisch extremisme) gratis publiciteit, ook al bleek later dat de dader, Omar Mateen, duidelijk alleen opereerde, homofoob en zwaar verward was. IS had dus niets met de aanslag te maken.
Daarom is het belangrijk dat de nieuwsmedia verschillende terreurdaden van elkaar kunnen onderscheiden, en bijvoorbeeld IS-geïnspireerde van IS-gecoördineerde aanslagen uit elkaar kunnen houden. Verwarringen kunnen onnodige angstgevoelens opwekken en leiden tot het onjuiste idee dat men altijd en overal slachtoffer kan zijn van een terreuraanslag.
Een aantal kranten ondernemen al stappen om te vermijden dat ze terreurgroepen in de hand spelen met hun berichtgeving. Zo hebben Franse nieuwsmedia, waaronder de krant Le Monde, al met elkaar afgesproken om de persoonsverheerlijking van de daders te beperken. Dit is al een belangrijke stap op weg naar het langzaam vernauwen van de ‘zuurstoftoevoer’ voor terroristische organisaties.