Artikel

Sociale media en radicalisering

Auteur(s): 

Net als iedereen gebruiken extremistische groepen het internet om te communiceren  met video, online magazines, chatgesprekken … Hun propaganda die oproept tot haat en geweld is makkelijk online te vinden.
Moeten we ons dan zorgen maken dat jongeren gaan ‘online radicaliseren’?

Sociale media als radicaliseringstool

Twee verschillen tussen sociale media en traditionele media, maken van sociale media handige tools voor extremistische groepen:

  • interactie en ‘user generated content’, de gebruikers bepalen dus mee de inhoud;
  • overstijgen van tijd en ruimte: je kunt contact leggen met personen die je niet live kunt ontmoeten en je kunt dat doen op het moment dat je het beste past.

Op die manier kunnen extremistische groepen:

  • met propaganda proberen inspelen op frustraties en ontevredenheid die jongeren hebben in hun eigen leven of de samenleving rond hen, om hen aan te zetten te radicaliseren,
  • contact leggen en onderhouden met geïnteresseerde jongeren om hen verder in hun beweging te trekken.

Werkt dat dan ook?

De weinige onderzoeken* naar hoe effectief sociale media zijn om mensen tot gewelddadig extremisme te leiden, leren ons:

  • dat online extremistische propaganda gewelddadige radicalisering niet veroorzaakt, daar zorgen frustraties en elementen in de ‘echte’ wereld voor;
  • vooral extremistische peers, die jongeren live ontmoeten, veel invloed hebben;
  • dat internet en sociale media het proces wel vergemakkelijken of versnellen, omdat
    • ze informatie en communicatie 24/7, over de hele wereld en goedkoop beschikbaar maken,
    • je je makkelijk kunt nestelen in een bel van eenzijdige informatie en gelijkgestemde contacten;
  • dat die online propaganda en contacten vooral invloed heeft op jongeren die die bewust opzoeken of al extremistische opvattingen hebben.

Er is geen tot weinig bewijs dat jongeren online radicaliseren zonder voorgaande offline ervaringen of contacten.

Risico's inschatten?

Op basis van deze resultaten kwamen de onderzoekers tot drie graden van risico.

  • Groen:
    Wanneer jongeren positief denken over zichzelf en over de samenleving en een aanspreekpunt bij zorgen of vragen hebben, gaan ze normaal niet uit eigen beweging op zoek naar extremistische informatie of groepen. Duikt die informatie toch op, dan heeft die weinig effect.
  • Oranje:
    Kwetsbare jongeren die minder sterk in hun schoenen staan of hun draai in de samenleving niet vinden en die mogelijks al een interesse in radicale of extremistische alternatieven hebben ontwikkeld, kunnen gestimuleerd worden om verder te zoeken naar informatie en contacten wanneer ze extremistische inhoud tegenkomen tijdens het surfen.
  • Rood:
    Jongeren die al duidelijk het pad van gewelddadige radicalisering bewandelen, hebben al een sterke interesse in een extremistisch gedachtegoed en zoeken bewust naar propaganda en contacten.

* Tussen 2012 en 2014 voerde de universiteit van Gent een onderzoek naar de invloed van blootstelling aan extremisme via sociale media. Hierbij werden 6020 Belgische jongeren bevraagd.


Bibliografie

Hussain, G., & Saltman, E. M. (2014). Jihad trending: A comprehensive analysis of online extremism and how to counter it.

ISD. (2011). Radicalisation: The role of the internet. A working paper of the PPN. London: Institute for Strategic Dialogue.

Pauwels, Lieven, Brion, F., Schils, N., Laffineur, J., Verhage, A., De Ruyver, B., & Easton, M. (2014). Explaining and understanding the role of exposure to new social media on violent extremism: an integrative quantitative and qualitative approach. Gent: Academia Press.

von Behr, I., Reding, A., Edwards, C., & Gribbon, L. (2013). Radicalisation on the digital era. The use of the internet in 15 cases of terrorism and extremism: RAND Europe.

Aly, A. (2009). The Terrorists' Audience: A Model of Internet Radicalisation. Journal of Australian Professional Intelligence Officers, 17(1), 3-19.

Koehler, D. (2014). The Radical Online: Individual Radicalization Processes and the Role of the Internet. Journal for Deradicalization, (1), 116-134.
Doosje, B., Loseman, A. & Van den Bos, K.  (2009).

Determinants of the Radicalization Process of Islamic Youth in the Netherlands: Personal Uncertainty, Perceived Injustice and Perceived Group Threat, Journal of Social Issues, 69 (3), 586-604.

Lees meer over