Artikel

Praten met je kinderen over geweld en aanslagen in het nieuws

Auteur(s): 
Andy Demeulenaere - Mediawijs

Karrewiet schreef een artikel met tips voor kinderen die zich bang of triest voelen. In de maanden daarvoor lieten meer dan 400 kinderen onderaan die Karrewietpagina met tips weten dat ze wel degelijk bang of triest zijn. Dat geweld kinderen aangrijpt is niets nieuws: in Europees onderzoek vertelden kinderen ons dat ze geweld zien op internet veel erger vinden dan expliciete seksscènes.

Hoe kun jij thuis hiermee aan de slag?

    1.    Kinderen komen hiermee in contact, nu of later

Een herhaling van het Journaal vroeg in de ochtend, een reportage van Karrewiet, een filmpje op sociale media, gesprekken op de speelplaats of in de klas… kinderen komen dit geweld tegen.  En het is goed mogelijk dat jij niet in de buurt bent, zeker niet als ze online gaan op een smartphone of tablet. Probeer daarom het onderwerp aan te snijden op een onbewaakt moment of ga er met hen zo vlug mogelijk over in gesprek als je er wel bij bent.  Vermijd dat vlak voor het slapengaan, doe het tijdens het koken of bij de afwas. Plots slecht slapen, nachtmerries, opnieuw bedplassen, terreur naspelen, agressief doen of net heel teruggetrokken kunnen een teken zijn dat je kind ergens mee zit.

    2.    Neem ze serieus, maar stel ze gerust

Erken hun gevoelens: zeg dat je hun gevoelens begrijpt, maar zeg hen zeker niet dat ze zich maar een beetje flink moeten houden. Klop het ook niet op, voed hun angst niet.  Zitten ze met heel concrete angsten (bv. omdat ze binnenkort naar Parijs of Brussel of op reis of ... gaan), ga daar dan ook op in, en leg uit dat dit daar los van staat. Stel ze gerust.  Leg er de nadruk op dat:

  • dit heel uitzonderlijk is, dat Brussel of Parijs of ... niet voortdurend een onveilige stad is,
  • de kans heel klein is dat zoiets gebeurt,
  • allerlei hulpverleners en politiemensen hard bezig zijn om mensen bij te staan, daders te pakken en alles veilig te maken,
  • de daders dit niet doen door je kinderen zelf en niet om juist hen te treffen.

    3.    Laat het kind het gesprek leiden en vul met mondjesmaat aan

Laat vooral je kind vertellen wat het weet en waar het mee zit.  Hou je eigen gevoelens hierbij onder controle en maak duidelijk dat je kind bij jou terecht kan.  Wees eerlijk, maar geef je kind slechts beknopte informatie over de algemene lijnen.  Gruwelijke details of een ingewikkelde uitleg over hoe het nu precies in elkaar zit hebben ze niet nodig.

    4.    Stel ernstige misvattingen bij en gebruik de juiste woorden

  • Terroristen van IS zijn terroristen van IS (of ISIL of Daesh), noem ze geen moslimterroristen.  Of ze nu moslim zijn of niet, doet hen niet verschillen van andere mensen of andere terroristen. Dat ze bij IS horen wel.
    Heel wat vluchtelingen lopen net voor dezelfde groep van mensen uit hun land weg.  Ze hebben niets te maken met de boosdoeners.
    Er staat geen ‘leger’ aan onze landsgrenzen, het gaat om een klein aantal terroristen.  Ze willen mensen bang maken en ze willen aandacht, door verschrikkelijke dingen te doen.

    5.    Leid hen er ook wat van weg

Sluit het gesprek af met een overgang naar iets leuks. Speel samen een spel of doe iets waar je kinderen van houden. Geef zelf het goede voorbeeld te geven door rustig te blijven, je dagelijkse routine verder op te nemen en niet te vaak stil te staan bij wat gebeurd is. Je kan je kinderen er ook een tijdje wat van weg houden, bijvoorbeeld door etenstijd te laten samenvallen met de start van het nieuws, door de krant minder zichtbaar te bewaren...
Je kunt - eventueel samen met hen - een aantal instellingen van browsers, sociale media, enz. aanpassen om hen minder met zulke beelden te confronteren.  Let wel: dit is zéker geen vervanging voor praten met je kinderen.

    6.    Hou rekening met de leeftijd van je kind

Jonge kinderen kunnen nieuws niet in een breder verband plaatsen, en weten niet wat er geloofwaardig is en wat niet, maar ook jongeren hebben moeite om feiten en meningen van elkaar te scheiden.

  • 7 jaar en jonger: tot een jaar of vier kunnen kinderen realiteit en fantasie moeilijk scheiden, tot een jaar of 6 betrekken ze alles op zichzelf en op een mogelijke scheiding van jou.  Beelden van kinderen in nood raken hen sterk.  Laat hen zo weinig mogelijk contact met beelden van geweld en nood, en stel hen vooral gerust.  Vraag niet per se door, jonge kinderen vergeten soms vlug, veel vragen kan het dan juist erger maken.
  • 8 tot 12: hou op die leeftijd vooral rekening met het karakter van jouw kind, sommigen kunnen best praten over zo’n onderwerp, anderen zijn toch wel wat gevoelig.  Hou herhaling van dergelijke beelden bij hen weg, omdat dat zorgt voor een groter gevoel van onveiligheid. Veel kinderen van die leeftijd bekijken ‘goed en kwaad’ heel zwart-wit.  Leg hen de basis van vooroordelen en verschillen uit, in hun woorden (bv. ruzie), maar pas op met veralgemenen.  Je kinderen nemen dat zonder nuance over. Praat met hen over wat ze al weten (van vrienden, surfgedrag,...) en stel bij waar nodig.
  • Tieners gaan op zoek naar hun eigen mening.  Ga hier zeker over in gesprek, maar leg hen geen mening op.  Respecteer hun mening en geef hen argumenten om met bepaalde zaken in de media wel of niet akkoord te gaan. Op die leeftijd zijn extreme filmpjes aanlokkelijk voor hun ‘shock value’. Geef aan dat je begrijpt dat ze nieuwsgierig zijn, maar dat dit onaanvaardbaar geweld is.  Tracht hen het bredere verhaal te leren begrijpen.

Wat snapt een kind van oorlog?

Extraatje

Leer je kind Awel kennen.  De vrijwilligers van Awel luisteren naar kinderen en jongeren en helpen hen een oplossing zoeken voor hun vragen.  Je kinderen kunnen ernaar bellen (102), chatten, mailen of iets posten op hun forum.

We baseerden ons op:

Lees meer over