Vlaanderen radicaal digitaal, maar ook inclusief?
Chantal Wauters deed onderzoek naar Belgische beleidsdocumenten van diverse overheden en vanuit verschillende beleidsdomeinen, om antwoord te bieden op de vraag in hoeverre en in welke mate Belgische beleidsmakers aandacht besteden aan digitale inclusie.
Digitale media zijn overal. We zetten foto’s op Instagram, sturen berichten via WhatsApp, maken online een afspraak met de tandarts en surfen naar het digitaal loket van onze stad om onze parkeervergunning te verlengen. Burgers moeten digitale media gebruiken om toegang te krijgen tot heel wat publieke en private diensten. Zij die geen digitale media kunnen of willen gebruiken, lopen het risico om digitaal en sociaal uitgesloten te worden. Houden overheden en beleidsmakers hier rekening mee?
Digitale uitsluiting, wat is dat?
Verschillende elementen kunnen ervoor zorgen dat mensen geen digitale media willen of kunnen gebruiken. Ze hebben bijvoorbeeld geen toegang tot een toestel, of niet de vaardigheden of motivatie om het te gebruiken. Ze staan niet sterk in hun schoenen of hebben geen vrienden of familie om hulp aan te vragen. Elke doelgroep kan het risico lopen om digitaal uit de boot te vallen. Het is belangrijk dat beleidsmakers weten wat digitale uitsluiting is en welke factoren kunnen meespelen, om efficiënte maatregelen te nemen.
Dienstverlening niet (meer) voor iedereen
België is politiek gezien een complex land. Verschillende overheden spelen een rol wanneer het gaat over digitalisering en hebben een eigen kijk op het thema. De federale en Waalse overheden spreken in het bijzonder over het economisch belang van digitalisering en innovatie. We moeten volgens de overheden de aandacht vestigen op de impact van digitale technologieën op de arbeidsmarkt en op de internationale positie van België. Op Vlaams niveau legde voormalig minister Liesbeth Homans eerder de klemtoon op hoe digitale media kunnen ingezet worden in het kader van dienstverlening. De Vlaamse overheid wil in de eerste plaats digitaal interageren met haar burgers en ondernemingen.
Hoewel de visies tussen de overheden verschillen, richten ze zich voornamelijk op twee doelstellingen:
- het digitaliseren van interne processen
- het digitaliseren van diensten en externe communicatiekanalen.
Beleidsactoren geloven dat de digitalisering van diensten leidt tot administratieve vereenvoudiging, kostenbesparingen en efficiëntie. Digitale interactie wordt de standaard. Telefonisch en persoonlijk contact wordt afgebouwd, want wordt overbodig geacht. Het Vlaanderen Radicaal Digitaal Programma moest er bijvoorbeeld voor zorgen dat alle interacties tussen burger en overheid digitaal zouden verlopen tegen 2020. Dit alles betekent dat aandacht voor het betrekken van niet-digitale burgers noodzakelijk is.
Geen prioriteit
In België is er geen ministeriële bevoegdheid voor digitale inclusie. Hierdoor wordt het thema door andere ministers opgenomen, als dat al het geval is. Over de verschillende overheidsniveaus heen zien we dat aan digitale uitsluiting slechts matig aandacht wordt besteed. Op Vlaams niveau spreken beleidsmakers in de domeinen mobiliteit, sociale economie, sport en wetenschap niet over digitale inclusie. In andere beleidsdomeinen dan weer wel. Daar wordt in documenten verwezen naar de concepten digitale kloof, digitale- en e-inclusie en/of digitale geletterdheid. Er is op Vlaams niveau interesse voor digitale inclusie, maar de beperkte inspanningen wegen niet op tegen de radicale digitalisering van diensten.
Geen visie of concrete maatregelen
Bovendien worden deze concepten door elkaar gebruikt, zonder een inhoudelijk verschil te maken. Beleidsmakers verduidelijken niet altijd wat de concepten betekenen of wat ze zelf concreet willen bereiken. Ze hebben het vooral over het gebrek aan toegang en vaardigheden (voornamelijk bij kwetsbare doelgroepen) om digitale media te gebruiken. De beperkte visie op digitale uitsluiting zorgt ervoor dat beleidsmakers vooral willen investeren in digitale infrastructuur en begeleiding van burgers. In de meeste gevallen vermelden de documenten zelfs helemaal geen concrete oplossingen. Er is met andere woorden nood aan een bredere en meer concrete visie op het thema digitale inclusie, met duidelijke doelstellingen en voorstellen om deze te bereiken.
Dit alles leert ons dat er nood is aan een breed en concreet e-inclusiebeleid in België en/of Vlaanderen, dat rekening houdt met de complexiteit van het thema.