Wanneer spreken we over strafbare haatspraak?
Haatspraak kan zo extreem zijn dat die strafbaar is. Kort samengevat geldt dat in België voor:
(Bron: Unia) |
In de Belgische wetgeving zijn er 3 afdelingen die handelen over haatboodschappen:
- de Antiracismewet
- de Antidiscriminatiewet
- de Genderwet
Aanzettingsmisdrijf
Binnen de drie wetten geldt het aanzettingsmisdrijf: het is strafbaar om
- binnen bepaalde omstandigheden
- aan te zetten tot discriminatie, haat of geweld
- tegenover een persoon, groep, gemeenschap of leden van een gemeenschap
- wegens 1 van de beschermde criteria bepaald door de antiracismewet/antidiscriminatiewet/genderwet.
Bij een aanzettingsmisdrijf moet er duidelijk sprake zijn van:
-
‘Aansporen om iets te doen’
De uitspraak moet aansporen om een bepaald gedrag te stellen, enkel info, ideeën of kritiek verspreiden is dus niet voldoende. Het aansporen tot moet echter niet om concrete, welbepaalde of bepaalbare daden gaan (er moet dus niet concreet opgeroepen worden om op die dag, die handeling uit te voeren. Een meer algemene oproep is ook strafbaar bv. ‘We moeten allen dat en dat doen’). Daarnaast moet aanzetten tot niet persé met geweld gepaard gaan. -
‘Bijzondere opzet/wil’
de dader moet beseffen/weten dat hij anderen aanzet. Het gaat dus om een bewuste oproep om bepaald gedrag te stellen. Zo vallen grappen, spot en meningen niet onder het aanzettingsmisdrijf. Die zijn beschermd door het recht op vrije meningsuiting.
Bepaalde omstandigheden
De ruimte en context waarin ‘aanzetten’ strafbaar is, wordt bepaald door één van de 'bepaalde omstandigheden':
- in een openbare bijeenkomst, plaats,
- er zijn verschillende personen aanwezig,
- in niet openbare plaatsen, die wel toegankelijk voor een aantal personen (bv. een ziekenhuiskamer, waar verpleegkundigen en dokters toegang toe hebben),
- op om het even welke plaats in aanwezigheid van de beledigde en een getuige,
- in geschriften (gedrukt of niet), prenten of zinnebeelden die aangeplakt, verspreid of verkocht worden, openlijk tentoongesteld worden, niet openbaar zijn, maar verstuurd naar verschillende personen.
In de rechtspraak gaat het niet enkel om de inhoud van een boodschap en de aard van de gebruikte woorden. Ook de omstandigheden, context, het medium, de potentiële impact en de drijfveren worden mee in rekening gebracht. Maatstaven die ook naar voor komen in de ‘ergte-graad’ opgesteld door de Raad van Europa.
Reageer ook op wat niet strafbaar is
Haatspraak moet niet strafbaar zijn, om erop te reageren. Je moet zelf bepalen wanneer je effectief overgaat tot een (re)actie. Bedenk hiervoor voor jezelf of voor je groep enkele richtlijnen rond. Wat vind(en) ik (wij) onaanvaardbaar? Welke sfeer willen wij in onze groep of op onze online media? Erbij stilstaan kan al een grote hulp zijn.